Preek van de week
Preek zondag 16 maart 2025
Lezing uit het boek Genesis Gen., 15, 5-12. 17-18
Lezing uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Filippi
Fil., 3,17- 4,1 of 3, 20-4,1
Lezing uit het heilig evangelie volgens Lucas Lc.,9, 28b-36
Broeders en zusters in Christus,
Om de evangelielezing van vandaag beter te kunnen plaatsen, wil ik u eerst vertellen wat aan de gedaanteverandering voorafging. Want als u de evangelielezing van vandaag op slaat in de Heilige Schrift dan begint de lezing met de woorden: Ongeveer acht dagen na deze woorden nam Jezus Petrus, Johannes en Jakobus met zich mee en besteeg de berg om er te bidden.
Wat waren deze woorden? Jezus heeft aan zijn apostelen gevraagd: Wie zeggen de mensen, dat Ik ben? Zij antwoordden, Johannes de Doper, Elia, of een van de oude profeten. Dan vraagt Jezus en wie zegt gij dat Ik ben. Het is Petrus die antwoordt: Gij zijt de Gezalfde van God, jij bent de Messias, de Zoon van God. Daarna begint Jezus voor de eerste keer zijn lijden te voorspellen, dat Hij overgeleverd zal worden, zal moeten lijden en dat Hij na zijn dood zal verrijzen. De leerlingen hebben dat niet echt begrepen. Jezus is de Messias, maar lijden en sterven en verrijzen? Wat is dat? Wie is Hij? Dat wordt vandaag duidelijk.
Jezus gaat met Petrus en de beide broers Johannes en Jacobus de berg op. Lucas zegt dat dit gebeurde ongeveer acht dagen na deze woorden. De achtste dag is een uitdrukking van de dag van de verrijzenis. Jezus verrees op de eerste dag. De achtste dag is een week later. Lucas wil zeggen dat de gedaanteverandering gezien moet worden in het mysterie van Pasen.
Jezus gaat in gebed. De gedaanteverandering is een gebedservaring. Jezus, zo op het oog een gewoon mens, met gewone kleren aan, begint te stralen. Alles begint te stralen zijn gelaat, zijn haren, zijn kleren, zijn sandalen. Alles begint te stralen van Gods heerlijkheid. Het gelaat van Mozes straalde ook toen hij van de berg kwam met de Tien Geboden, na zijn ontmoeting met God. Die Mozes verschijnt hier in heerlijkheid samen met Elia en met Jezus in hun midden.
Nu wordt zichtbaar dat Jezus werkelijk de Messias is. Je zou zeggen, het bewijs wordt hier geleverd. Mocht je nog twijfelen, dan zegt de stem in de wolk het nog eens heel duidelijk: ’Dit is mijn Zoon, de Uitverkorene’, luistert naar Hem. Je kunt er niet om heen: het is zichtbaar en het wordt gezegd: Jezus is de Messias,
Wat is de opdracht van de Messias? Mozes en Elia spreken met elkaar over Jezus’ heengaan dat Hij in Jeruzalem zal volbrengen. Het woord heengaan is niet mooi vertaald, er staat letterlijk: Zij spraken over zijn exodus, over zijn uittocht. Zoals Mozes het joodse volk wegvoerde uit de slavernij van Egypte, uit de macht van Farao, door de rode zee heen naar het beloofde land, zo zal Jezus een nieuwe uittocht leiden, Hij zal ons wegvoeren uit de slavernij van zonde en dood en overbrengen naar het nieuwe beloofde land, de heerlijkheid van God. Die nieuwe uittocht die Jezus moet gaan vervullen, gaat door zijn lijden en dood heen, langs de weg van het kruis. Jezus moet onze dood sterven om de dood onze dood te overwinnen. Maar Jezus weet nu dat voorbij het kruis, voorbij het lijden en de dood Hem de heerlijkheid wacht, die Hem op de berg getoond wordt.
De apostelen horen de stem van de Vader: Dit is mijn Uitverkorene, luistert naar Hem. Ga er niet tegen in, wees niet opstandig, maar volg Hem. Hij is de weg naar de heerlijkheid die hier getoond wordt, Hij is degene die ons bevrijdt, Hij doet ons uitgaan uit deze wereld naar het nieuwe beloofde land, naar de vrijheid war alle kwaad gestreden is en alle leed geleden. Hij is de nieuwe Mozes.
De gedaanteverandering op de berg, of de verheerlijking op de berg is een geweldig mooie ervaring. Petrus wil hier blijven. Ik zou zeggen: wie niet? Wie heeft niet eens in zijn leven een ervaring meegemaakt dat je in een situatie zit waarvan je zegt: Kon die maar eeuwig duren?
Maar ook Petrus, hij wist niet wat hij zei, moet nog een taak vervullen. Jezus maar ook Petrus moeten terug de berg af, naar beneden, laag bij de grond zijn, naar de mensen die onder aan de berg staan te kibbelen, redetwisten, ruziën. Het is heel anders dan die serene stilte en heiligheid op de berg waar het zo goed toeven was. Dat is de wereld, dat is de Kerk, dat zijn wij. Aan al die mensen, aan ons moet nu geopenbaard worden, door Petrus, door de leiders van de kerk, dat ook wij ons kruis moeten dragen in navolging van Christus, dat ook wij de vernedering moeten ondergaan van de dood, om te kunnen binnengaan in het koninkrijk van God, in de heerlijkheid die ons vandaag getoond wordt.
De gedaanteverandering wordt ons gegeven om de ergernis van het kruis weg te nemen. We moeten ons niet blind staren op het kruis, hoewel dat de mensen ook beangstigt. Wij moeten verder kijken, naar de heerlijkheid die ons doorheen lijden en kruis wacht in de verrijzenis, de heerlijkheid van het paasmysterie, door Jezus Christus. Dat geldt voor Jezus en voor ons allemaal. Die heerlijkheid die vandaag ons geopenbaard wordt op de berg, die heerlijkheid zal ook ons deel zijn als wij Christus volgen. Door zijn lijden en kruis zullen ook wij komen tot de heerlijkheid van de verrijzenis. Daarom moeten we Hem volgen en luisteren naar wat Hij ons leert.
Het gebed is allereerst belangrijk. Jezus was in gebed toen Hem die heerlijkheid geopenbaard werd. Zo zal ook aan ons in ons gebed Gods heerlijkheid geopenbaard worden. Het gebed is onze kracht en in het gebed worden wij gesterkt om vastberaden en standvastig de weg van het kruis te kunnen gaan.
Door het gebed kunnen wij ook onze medemens nabij zijn met hoop. Jezus ging na het gebed de berg af om al die mensen nabij te zijn en hen te sterken, om hun geloof nieuwe kracht t geven. Zonder gebed zullen wij anderen niet kunnen stimuleren om te geloven. Zonder gebed zijn wij dor en droog en weinig inspirerend.
We gaan op naar het Paasfeest, het Paasfeest van de Heer. Vandaag wordt ons al gezegd dat zijn Pasen ook ons Pasen zal zijn. Laat u niet bekoren door wat mensen zeggen die van Christus niets willen weten, of zoals Paulus zegt in de tweede lezing in zijn brief aan de christenen van Filippi, die in hun buik hun god gesteld hebben, die ver van Hem staan of onverschillig zijn ten opzichte van Hem en het badineren.
De drie apostelen werden door een wolk omhuld. De wolk is het teken is van Gods mysterieuze aanwezigheid. Mozes was op de berg Sinaï, toen hij de Tien Geboden ontving, ook onder de wolk, waar Hij met God sprak. Jezus wordt bij zijn Hemelvaart omhoog geheven en een wolk onttrok Hem aan hun ogen.
Zo werd ook Maria door de Heilige Geest overschaduwd en ontving zij de Gods Zoon in haar schoot. Zo zullen ook wij in ons gebed overschaduwd worden door Gods persoonlijke tegenwoordigheid. Maria is ons voorbeeld in geloof en gebed. Daarom bidden wij haar: Onder uw bescherming nemen wij onze toevlucht, o heilige Moeder van God.
Ik wens u een zegenrijke Veertigdagentijd toe. Opdat wij straks met vreugde het Paasfeest mogen vieren, wat ons hier op voorhand al getoond wordt.
Amen.